vrijdag 30 maart 2007

Game over games

Naar de gamesOp de nieuw opgerichte site voor spelletjesmakers, Kongregate, vond ik een drietal games waarin je wordt uitgelegd wat games nu precies zijn, en hoe je kunt leren in games. Ik vond het een erg leuke manier om te leren wat een game is, omdat je op deze manier tegelijkertijd ervaart en leert. 't Is net zoiets als lezen over muziek: pas door muziek te luisteren weet je echt wat het is.

De spelletjes zijn gemaakt door Andreas, en - zo lees ik op zijn website - gemaakt in het kader van zijn studie. Het zijn spelletjes die je in een paar minuten uitspeelt. In het eerste spel leer je over de essentie van het spel: regels, vormgeving, doelen. Het tweede spel gaat in op de motivatie van de speler en in het derde spel wordt uit de doeken gedaan hoe gamers leren door middel van games. Er moet nog een vierde deel uitkomen; ik ben benieuwd waar dat over zal gaan!

Voor iedereen die zich verdiept in het fenomeen 'gaming' en in games in het onderwijs in het bijzonder, vind ik deze spellen eigenlijk een must!

N.B. Raoul Teeuwen wees mij op de site waar ik deze spelletjes vond: Kongregate. In feite is dit een web 2.0 applicatie voor gamedesigners. Je kunt hier je spellen uploaden en aanbieden aan anderen, een rating toekennen aan spellen of een commentaar toevoegen. Zeg maar: de YouTube voor de gamingwereld te worden. Van mij krijgt de site zeker krediet: wat er tot nu toe geplaatst is, heeft zeker kwaliteit!

donderdag 29 maart 2007

Thrillville; word manager!

Toen rollercoaster Tycoon uitkwam, was dat een gigantische vooruitgang voor die tijd. Niet qua graphics, maar het idee van een sim waarin je je eigen park kon beheren was zo vernieuwend dat er een hele hoop van over de toonbank gingen. Het idee was ook erg mooi uitgevoerd, je was vrij om te bouwen wat je wou en waar je het wou en het spel had vele attracties. Uit dit spel zijn veel andere sim spellen voortgekomen, niet alleen pretpaksims, maar ook andere. Er zijn tegenwoordig zo veel sims op de wereld, maar weinig halen de populariteit van Rollercoaster. Onlangs is er dan ook een nieuwe sim uitgekomen op de psp, Thrillville. Laten we eens gaan kijken of deze een van de weinige is of een van de vele.

In Thrillville sta je in een park en loop je door dit park rond. Het is de bedoeling om te kijken wat er nog verbeterd kan worden, en vervolgens het park te perfectioneren naar eigen stijl. Dit spel speel je natuurlijk ook met missies. Er zijn missies in 5 verschillende catogeriën: Bouw, speel, gast, onderhoud en manage missies. Iedere catogerie kent weer een aantal missies die je bij ieder van de 5 parken die je kan vrijspelen dient te voltooien. Je kan deze missies voltooien in goud, zilver of brons, met ieder zijn eigen moeilijkheidsgraad. Doel is een bepaald aantal missies ten minste brons te halen om het volgende park vrij te spelen.

In Thrillville heb je eigenlijk een groot soort tool waarmee je op bepaalde plaatsen bepaalde dingen kan maken. Bijvoorbeeld als je een achtbaan wilt bouwen, moet je daarvoor een pre-made station uitkiezen in een bepaald gedeelte van het park, en daar kan je dan een pre-made coaster maken of zelf proberen een te bouwen. Bij andere attracties heb je pleinen waar je kan kiezen of attracties, of gamehallen te bouwen. Hiernaast moet je natuurlijk ook zorgen dat de gasten genoeg eten en drinken krijgen, anders gaan ze natuurlijk ook weg. Tenslotte zijn je gasten nog altijd je inkomen in dit spel!

Spelen als:
- Je een mooie pretparksim voor de psp zoekt
- Je graag door je eigen creatie wandelt en ziet hoe de gasten het vinden



Niet spelen als:
- Je houdt van grote, lange en professionele Rollercoaster
- Je een park precies volgens je eigen mening wilt maken

woensdag 28 maart 2007

Monstermedia voor iedereen gratis beschikbaar

Ga naar MonstermediaAl weer iets meer dan een jaar geleden vertelde ik hier over het spel/programma Monstermedia, waarmee kinderen uit groep 7 en 8 van het basisonderwijs leren over media, en wat je daarmee kunt doen. Uit een persbericht van KPN begreep ik dat dit programma sinds kort gratis is voor alle scholen. KPN. Je hoeft daarvoor niet gebruik te maken van Schoolonline van KPN: alle scholen in het primair onderwijs kunnen via www.kpn.com/schoolonline gratis toegang tot Monstermedia aanvragen.

Om gebruik te kunnen maken van Monstermedia vul je als school een webformulier in. Daarop vermeld je de schoolgegevens en de gegevens van de docenten die MonsterMedia in de klas gaan uitvoeren. In de door de school gewenste periode krijgen de docenten elk een inlogcode voor hun eigen groep. Daarmee hebben de docenten gedurende 5 maanden toegang tot de MonsterMedia leerkrachtenmodule. Hierin maken ze codes aan voor de leerlingen, die daarmee toegang hebben tot het spel. Als je na 5 maanden nog een keer mee wilt doen, dan kun je weer een nieuw (gratis) account aanvragen.

Ik ben erg blij met dit aanbod van de KPN: ik vind Monstermedia zelf een leuk programma en een goed begin om met leerlingen te praten over mediawijsheid.

Overigens: je kunt via KPN ook kosteloos foto's op het web zetten en aanbieden via Schoolpix. Uploaden kan op verschillende manieren: er is een uploadprogramma voor grotere bestanden, je kunt werken met Windows XP Webpublishing assistant of rechtstreeks via de browser publiceren, en je kunt foto's via de mail publiceren. Met Schoolpix kunnen scholen hun foto's veilig opslaan, bewerken, webalbums maken (met wachtwoordbeveiliging). Ouders kunnen de foto's bestellen. 50% van de winst die Schoolpix maakt op de afdrukken maken gaat naar onderwijsprojecten in derde wereld landen.

Niet verkeerd, wat KPN op dit moment doet voor het onderwijs!

dinsdag 27 maart 2007

Rampen voorkomen

Naar het spelVorige week deed ik het voorstel aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken om een spel te ontwikkelen waarin mensen leren wat er allemaal komt kijken bij het bestrijden van rampen. Ik meldde toen ook dat er al wel een internationale rampengame is. In dat spel leer je vooral hoe natuurrampen bestreden moeten worden: een tsunami, een orkaan, een aardbeving, een overstroming of een brand. Je kunt steeds kiezen uit 3 levels: easy, medium of hard. Als je je keuze hebt gemaakt, start het spel.

Je krijgt te horen hoeveel mensen leven in het gebied waarvoor jij verantwoordelijk bent, welke gebouwen je moet neerzetten, en welke gebouwen je speciaal moet beschermen zodat de ramp ze niet kan verwoesten. Je kunt je werk doen door bijv. dijken of dammen te bouwen, het land zelf te benutten (door het kiezen van de juiste begroeiïng) of gebouwen neer te zetten. Je krijgt daarbij steeds informatie over wat de functie is van de verschillende middelen die je tot je beschikking hebt. Je moet slimme keuzes maken, want je hebt een beperkt budget tot je beschikking. Ook is er een tijdslimiet: onderin je scherm is een tijdbalkje. Als die vol is gelopen, breekt de ramp uit, en wordt getest of jouw keuzes de goede waren.

Door het spelen van het spel krijg je een goed idee hoe je mensen en gebieden kunt beschermen tegen de gevolgen van natuurrampen. Zinvol is het spel daardoor zeker, en ik kan me goed voorstellen dat het spel gebruikt wordt als start van een discussie over de problemen die zich voordoen om gebieden te beschermen tegen rampen, bijv. bij aardrijkskunde of maatschappijleer. Maar ik vind het spel wel vrij eentonig om te spelen. Je moet bij elk stukje land apart aangeven wat je ermee wilt. Bij het bouwen van een dijk bijvoorbeeld kun je niet in één keer aangeven hoe je die wilt neerleggen. Daardoor wordt het spel erg traag. De factor humor, die de eentonigheid zou kunnen doorbreken, ben ik helaas niet tegengekomen. Misschien dat het onderwerp zich hiervoor minder leent, maar ik denk dat humor eigenlijk altijd en overal een plaats verdient.

Kortom: wel een aanrader voor de les, maar ik hoop dat bij de introductie van het spel en de nabespreking ervan, er nog wel een vrolijk sausje overheen kan worden gegoten ;-)

maandag 26 maart 2007

Wedstrijd Zoeken op internet

Naar de site van SerendipVoor wie het nog niet gelezen heeft op Voelspriet: er is een nieuwe wedstrijd 'Zoeken op internet' van start gegaan. De Krakercompetitie (en de Jeugdkrakercompetitie) van de Openbare Bibliotheek zal inmiddels bij veel lezers van mijn weblog wel bekend zijn, maar deze wedstrijd is volgens mij net zo uitdagend en leuk. Wekelijks wordt een vraag gepubliceerd waarvan het antwoord op internet gevonden kan worden. De vragen zijn verpakt in een kort verhaaltje, en gaan vaak over feitjes of wetenswaardigheden waar ik nog nooit van had gehoord, bijv. een bevolkingsgroep die een gele badge moesten dragen als onderscheidingskenmerk of een dialect dat genoemd is naar een dier. Het spreekt mij bovendien wel aan dat met deze wedstrijden geen grote prijzen gewonnen kunnen worden: het gaat echt om de eer. De site biedt ook mogelijkheden om samen te werken: er is een forum waar de zoekers elkaar op weg kunnen helpen. Uiteraard is het ten strengste verboden om daar een antwoord weg te geven!

De naam Serendip komt, zo staat te lezen op Voelspriet, van Serendipiteit. Serendipiteit betekent dat je, terwijl je het ene zoekt, het andere ontdekt. Dat is met deze wedstrijd ook zo. Behalve het antwoord op de vraag, vind je ook andere onverwachte informatie en het contact met anderen', aldus de organisator van de wedstrijd.

Afgelopen weken was de testperiode van deze wedstrijd, en ik kreeg gisteren bericht dat ze nu 'voor het eggie' gaan.

Ik kan me heel goed voorstellen dat deze wedstrijd gebruikt wordt op school, als kapstok om leerlingen te leren zoeken. Je kunt bijvoorbeeld elke week een groepje het antwoord op een vraag laten zoeken. Ze moeten dan natuurlijk ook vertellen hoe ze aan het antwoord zijn gekomen. Zonodig kun je dan aanhaken bij hun verhaal door te wijzen op andere zoekmethoden, andere bronnen, het beoordelen van de sites en het vermelden van bronnen. Als je met genoeg leerlingen meedoet kun je er bovendien ook op school nog een leuke wedstrijd van maken!

vrijdag 23 maart 2007

Oefenalarm om van te leren!

foto van een rampoefeningDe eerste maandag van iedere maand klinken door heel Nederland sirenes. Niets om ongerust over te zijn: het is maar een oefenalarm. Maar stel je nu eens voor dat er echt wat gebeurt: er is iets aan de hand in Borssele, de Rijn dreigt te overstromen of een trein is ontspoord en er lekt een onbekende vloeistof uit de tankwagons. Wat gebeurt er dan?

De overheid houdt zich natuurlijk bezig met dit soort zaken. Er worden regelmatig oefeningen gedaan waarbij allerlei partijen zich buigen over mogelijke crises. Ik zag laatst een filmpje van zo'n rampoefening op YouTube en realiseerde me toen dat crisisbestrijding ook onderwerp kan zijn van een les. Het lijkt me boeiend om leerlingen zich te laten buigen over de vraag wat er gebeurt als er bij de spoorwegpolitie een melding binnenkomt van een gekantelde trein met een onbekende lading, of dat bij een ziekenhuis drie mensen zich melden met ademhalingsproblemen. Wat gebeurt er dan, welke partijen moeten ze inschakelen, welke informatie hebben ze nodig en welke acties moeten ze ondernemen? Als het in het ziekenhuis blijkt dat de patienten vermoedelijk een giftig gas hebben ingeademd, hoe kun je dan weten om welk gas het gaat? En wat zouden de gevolgen kunnen zijn als in de gekantelde treinwagon tolueen zit? Moet de hele wijk/stad/provincie?? ontruimd worden? En zijn er gebouwen in de buurt die een speciaal gevaar vormen? En wat gebeurt er met de vissen als tolueen in het water stroomt? Moet er internationaal samengewerkt worden? Wie neemt de leiding bij de acties?

Het zijn allemaal vragen waarop ik het antwoord niet weet, maar ik zou ze wel willen weten. Ik zou samen met Binnenlandse zaken wel een simulatiegame op willen zetten over crisisbestrijding. De spelers van het spel krijgen elk een eigen rol: brandweer, GGD, politie, Ministerie van Binnenlandse Zaken, Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu enz. De groep krijgt een melding binnen van een dreigende ramp. Ze moeten de gevolgen daarvan tot een minimum proberen te beperken. Ze moeten zelf zorgen dat ze de juiste informatie krijgen, en op tijd de juiste partners inschakelen. Zo'n simulatiegame kun je koppelen aan allerlei vakken, bijvoorbeeld aardrijkskunde, biologie, maatschappijleer, scheikunde en/of ANW, en als er internationaal samengewerkt moet worden dan kunnen de taalvakken er ook bij betrokken worden. Het spel wordt natuurlijk nog interessanter als je er ook echte experts bij kunt betrekken, iemand van de GGD, van de brandweer enz. Ik gok dat een aantal partijen best mee zouden willen werken aan het ontwikkelen van een dergelijk simulatiespel!

En nu maar hopen dat iemand van bijv. de afdeling Crisisbeheersing van Binnenlandse zaken dit blogje leest en mijn voorstel oppikt. Dan zijn we volgend jaar een educatieve game rijker!

N.B. Raoul Teeuwen van ICT op School attendeerde me recent op een internationale rampengame. Daarover schrijf ik binnenkort een blogje.

donderdag 22 maart 2007

2006 FIFA World Cup Germany PSP

afbeelding FIFA World Cup Germany PSPFIFA staat vooral bekend om zijn voetbalspellen. Dat is niet zo maar. Behalve dat de voetbalgames die FIFA maakt ontzettend professioneel eruit zien, heeft FIFA ook de licentie en daarmee het alleenrecht op het uitbrengen van games met alle officiële feiten en cijfers zoals deze ook in de echte world cup en Europacup zijn. Dit maakt de FIFA voetbalgames zeer uniek en professioneel. Maar alles goed en wel. Je kan best wel een zeer mooie licentie hebben, maar maak je er ook een leuke game van? Dat is de vraag. En aangezien ik net mn psp binnen heb, heb ik maar eens 2006 FIFA World Cup Germany erbij genomen voor de PSP en ben aan de slag gegaan.

2006 FIFA World Cup Germany (FIFA) gaat over de wereldbeker die de Nederlanders uit Duitsland hadden moeten halen maar helaas voor ons niet deden. Nu krijg jij een kans om deze geschiedenis virtueel te gaan veranderen. Dit doe je door een volk uit de wereld te kiezen en met deze verschillende uitdagingen te voltooien. Bijvoorbeeld: scoor 2 goals, of: zorg dat je in ieder geval 50% balbezit hebt. Dit moet je dan zien te bereiken door allerlei verschillende strategieën toe te passen.

Je bent als het ware de benen van je spelers, je bepaalt waar ze heen gaan, en tot in de puntjes welke sstrategie er gespeeld word. Je bepaalt of iemand loopt, rent, passt, lobt, steekpasst of zelfs een chipshot geeft. In de verdediging bepaal je of je loopt, rent, tackled of slide. Genoeg mogelijkheden om iemand hard in te maken dus!

Spelen als:
- Je een goed voetbalspel zoekt
- Je het vervelend vond dat Nederland toch niet die wereldbeker mee naar huis nam


Niet spelen als:
- De net genoemde termen je niets zeggen
- Je nog nooit eerder een FIFA spel hebt gedaan
- Je een echt vernieuwend FIFA spel zoekt

woensdag 21 maart 2007

Op reis door de Steenkoolmijnen

Op reis door de SteenkoolmijnenVan het Industrion kreeg ik de net uitgegeven dvd-rom over de steenkoolmijnen. Een dvd vol met informatie over het leven rondom de mijnen. Er zijn 3 onderdelen:
  1. geschiedenis van de mijnbouw,
  2. het sociale leven van de mijnwerker,
  3. een tocht door de bovengrondse en ondergrondse mijn.
Na aanklikken krijg je een plaatje met een aantal hotspots, waarop je weer verder kunt klikken. Zo kun je bij 'Geschiedenis van de mijnbouw' bijvoorbeeld kiezen voor het onderdeel 'Menskracht en paardenkracht', 'Het ontstaan van steenkool en de mijnenbouw' of 'De mijnen gaan dicht'.

De meeste onderwerpen bieden tekst, voorzien van één of meer illustraties. Soms zit er wat extra's bij, bijv. een geologische tijdlijn waarop aangegeven staat in welke fases steenkool is ontstaan, of een filmpje uit het DSM-archief over het werk in de mijnen. Ik vond zelf het leukste onderdeel de ondergrondse mijn. Daar kun je een virtuele tocht maken door een ondergrondse mijn, of kijken naar een dag uit het leven van een mijnwerker.

Wat ik jammer vind, is dat de cd een aantal mogelijkheden om zelf je ontdekkingsreis door de mijnen te sturen, laat liggen. Je kunt bijvoorbeeld niet zelf aangeven wanneer je naar een volgende foto bij een tekstje wilt gaan (bij de onderdelen 'Geschiedenis van de mijnbouw' en 'Het sociale leven van de mijnwerker', en bij de virtuele rondleiding kun je niet dingen aanklikken om daar meer informatie over te krijgen of om ze van dichterbij te bekijken.

Wat ik wel erg sterk vind van de dvd is dat het door de grote hoeveelheid gevarieerd beeldmateriaal een prachtig beeld geeft van een tijd die is geweest, de voordelen en de problemen die de mijnen hebben gebracht, en de enorme gevolgen die de sluiting van de mijnen heeft gehad op de regio. Al met al dus zeker iets om aan te schaffen voor de schoolmediatheek!

maandag 19 maart 2007

Speels onderwijs

motivatie dmv een wiskunde-spelVorige week vertelde ik over het onderzoek van Ryan, Scott Rigby en Przbylski en het artikel van David Shaffer over waarom mensen gamen leuk vinden, en het artikel van David Shaffer. Zij kwamen tot de conclusie dat het plezier in gaming berust op 3 peilers: autonomy, competence en (bij multiplayer online games) relatedness. Wat mij boeit is de vraag hoe je nu deze elementen zou kunnen inbouwen in het onderwijs, ook als je niet leert door gamen. Eén van de redenen waarom we in het onderwijs geïnteresseerd zijn in games is omdat we onze leerlingen graag willen motiveren. Als de aantrekkingskracht van gaming zit in de door Ryan, Scott Rigby en Przbylski genoemde elementen, dan zou door deze factoren in te bouwen in je lessen het onderwijs net zo aantrekkelijk kunnen maken als games.

Laten we de factoren eens stuk voor stuk bij de kop nemen. Bij online games speelt 'relatedness' een rol in de motivatie. De gamers voelen zich met elkaar verbonden: ze willen allemaal hetzelfde doel bereiken en op fora kun je zien hoe sterk ze elkaar daarbij ondersteunen. In het onderwijs wordt ook wel gewerkt met groepsopdrachten, maar niet altijd is er daarbij aandacht voor dat een goed eindresultaat alleen maar bereikt kan worden als de leden van de groep goed samenwerken. Wil je je leerlingen bij elkaar betrokken laten zijn, dan is het nodig dat afhankelijk zijn van elkaar. Interessant vind ik dat onderlinge afhankelijkheid ook basisvoorwaarde is voor samenwerkend leren.

Autonomie van de speler wordt in het spel vormgegeven door de speler zelf een strategie uit te laten stippelen. Keuzes zijn zelden helemaal fout: wel is de ene keuze beter dan de ander, of leidt sneller tot het gewenste resultaat. In het onderwijs is er vaak weinig sprake van keuze vrijheid: iedereen moet op dezelfde dag, met behulp van dezelfde methode aan de slag om hetzelfde resultaat te bereiken. Dat bepaalde resultaten behaald moeten worden is duidelijk, maar ik denk dat het wenselijk dat er meer mogelijkheden worden geboden om die resultaten te behalen. De ene leerling zal graag gebruik maken van de methode, een ander leert misschien liever door projecten te doen, en een derde doet het liefste zelf onderzoek. En niet iedereen heeft voor alles dezelfde hoeveelheid tijd nodig, of wil de studietijd op gelijke manier als de anderen in stukjes hakken. Het zou geweldig zijn als een leerling er zelf voor zou kunnen kiezen wanneer bepaalde vakken in het jaar gevolgd worden en of hij werkt in lesuren, blokuren en in trimesters of semesters of liever de stof verdeelt over het hele jaar.

Tot slot de factor competence. Leerlingen willen graag het gevoel hebben zich bepaalde kennis of vaardigheden eigen gemaakt te hebben. In het onderwijs wordt nog vaak ingezoomd op wat de leerling niet weet. Natuurlijk benadrukken we ook wel wat een leerling wel weet, maar lang niet altijd vertellen we er dan bij waarom het belangrijk is dat hij zich die kennis of vaardigheid eigen heeft gemaakt. Wat kun je eigenlijk met die kennis in het 'echte' leven, het leven dat zich afspeelt buiten school? Ik denk dat we onze leerlingen kunnen motiveren door ze vaker vertellen welke stappen ze al hebben gezet, en waarom die zinvol zijn. Een portfolio kan volgens mij in dat proces goede diensten bewijzen. Om dat te kunnen samenstellen moet je je bewust zijn van wat je hebt geleerd, en volgens mij vindt een leerling (en ik denk: iedereen) het heerlijk om te kunnen laten zien wat hij zich eigen heeft gemaakt.

Misschien hebben jullie nog veel meer tips om deze 'motivational pulls' in het onderwijs vorm te geven. Het zou leuk zijn als we in dit weblog met zijn allen kunnen brainstormen hoe we onderwijs ook zonder spellen 'speelser' kunnen maken!

YouTube: ook voor het onderwijs

ga naar website CABKAfgelopen week kreeg ik een berichtje: de CABK (vroeger: Constantijn Huygens Academie voor Beeldende Kunsten) in Zwolle is 'in' YouTube. Ze hebben een kanaal aangemaakt, en de studenten exposeren (een deel van) hun werk via YouTube.

Om twee redenen vind ik dit geweldig. Allereerst ben ik blij dat een opleiding gebruik maakt van dit medium. Ik vind YouTube een prima plek om te laten zien wat je kunt en waar je mee bezig bent. De filmpjes op YouTube worden bekeken door ongelooflijk veel jongeren, dus als je hen als school wilt laten zien wie je bent en wat je doet en met hen wilt communiceren daarover, dan is dat 'the place to be'. Voor de studenten geldt (min of meer) hetzelfde: als je gezien wilt worden dan is YouTube een prachtig platform, getuige de successen van mensen als Esmee Denters en het duo Pomme & Kelly. En door er in het onderwijs van gebruik te maken, leer je studenten dit medium (dat net als alle media voor- en nadelen kent) op de goede manier in te zetten.

De tweede reden waarom ik blij ben met deze aktie, is omdat ik het ongelooflijk leuk vind om te zien wat studenten van de kunstopleidingen maken. Natuurlijk vind ik niet alles leuk, maar over het algemeen word ik erg vrolijk van het werk van de studenten van de afdeling illustratie en de docentenopleiding op de CABK. Letterlijk, want de humor die in het werk van veel van deze studenten zit, spreekt mij erg aan. Kunst met een glimlach en ook altijd een vraagteken: ik hou er erg van. Geniet van deze animatie van Douwe Dijkstra, de maker.

animatie Douwe Dijkstra

vrijdag 16 maart 2007

Waarden en normen in games

screenshot Sims2Vaak hoor ik van ouders en docenten dat ze hun kinderen liever niet bezig zien met spellen als GTA San Andreas of Bully. 'Daar leren ze maar verkeerde dingen van', is vaak het commentaar. Ik denk daar anders over: ik denk dat we onze kinderen/leerlingen wel moeten begeleiden bij hun mediagebruik, maar ik doe dat liever door naast ze te gaan lopen als ze weer nieuwe stappen zetten op dat pad. Juist door met ze in gesprek te gaan over dit soort zaken, hoop ik dat ik ze beter toerust om zelf goede keuzes te maken.

Daarnaast denk ik dat juist de spellen waar agressie, sex en geweld zo dik bovenop liggen, niet zo 'gevaarlijk' zijn. Mijn ervaring is dat kinderen heel goed in de gaten hebben dat die wereld erg verschilt van hun eigen wereld, en dat parallellen daarom niet te trekken zijn. Ik maak me daarom juist veel drukker om spellen waarbij je niet zo in de gaten hebt dat ze vol zitten met de ideeën, waarden en normen van de makers van dat spel.

Eén van de spellen die me wat dat betreft intrigeert, is de Sims in al zijn varianten. Bij de Sims moet je ervoor zorgen dat jouw character gelukkig wordt. Hoe je dat moet doen, ervaar je in het spel. Bij de Sims loop je loopt rond in de virtuele wereld, legt contacten met andere Sims, eet en drinkt, leeft en lieft. Het spel lijkt dan ook erg op ons dagelijkse leven, en ik denk dat kinderen (het zijn vaak jonge kinderen die het spel spelen) ongemerkt heel wat van de ideeën van de maker over hoe je gelukkig kunt worden, overnemen. Het is maar de vraag of die ideeën ook de onze zijn. Hoe zit het bijvoorbeeld met relaties bij de Sims: word je gelukkiger als je een relatie hebt of niet? Kaun je een relatie aangaan met iemand van hetzelfde geslacht? En hoe zit het met geloof? Hoe wordt gekeken naar het al dan niet hebben van werk? In het spel levert de ene keus maakt de ene keus je Sim gelukkiger, en de andere niet.

Ik hoor zelden van kinderen dat ze het eens of oneens zijn met de waardering van de keuzes die ze maken in het spel de Sims. Ik vermoed dat daar weinig over wordt nagedacht, en ik denk dat er ook maar weinig ouders en docenten zijn die daar lang bij stil staan. Ik denk dat dat een gemiste kans is. Ik zou graag zien dat in het onderwijs aan de normen en waarden in games aandacht wordt besteed. Het lijkt me boeiend om leerlingen de opdracht te geven te onderzoeken welke normen ze in hun favoriete spel expliciet meekrijgen, en welke impliciet, verborgen in het spel. En laat ze dan maar eens kijken hoe het zit in het land waar dat spel ontwikkeld is. Is de Sims een Amerikaans spel, of had het net zo goed door een Nederlander ontwikkeld kunnen worden? Voor zover ik weet is er op dit punt weinig of geen onderzoek gedaan. Het zou leuk zijn als we in het Nederlandse voortgezet onderwijs als eerste onderzoek gaan doen naar normen en waarden in games!

donderdag 15 maart 2007

Locoroco; das pas gek!

Afbeelding Locoroco Na lange tijd en veel rekken eindelijk de psp erbij gekregen. Paar spellen er ook bij. Ik begin meteen als de psp aankomt met het testen van het eerste spel. Locoroco. Van de psp valt me op dat deze een hele mooie beeldkwaliteit heeft. Zeker als je het vergelijkt met de ds. Verder heeft de psp veel meer functies zoals internet en mp3. Bijgeleverd zitten 2 oortjes, een knopje om de mp3 te bedienen en een hoesje. Dat alles bij elkaar maakt een mooi geheel. Maar het belengrijkste zijn natuurlijk altijd de spellen. Dat is ook de reden dat ik meteen Locoroco ging spelen. Ik had er veel goede recensies over gelezen en wou het graag een keertje testen. Hier had ik dan de kans.

Het spel Locoroco gaat over een wereld waar de Locorocos rustig leven tot er een meteoor op hun wereld stort waar een stel kwaadaardige beesten uit komen. Jouw taak is om deze wezens voor eens en voor altijd van jouw wereld te verbannen. Dit doe je door niet de Locorocos te besturen, maar de wereld. Iedere locoroco zingt vrolijk terwijl jij de werelt draait en zij dus gaan rollen. Je kan een aardbeving doen als je de locoroco wilt laten springen of als je van 1 locoroco meerdere wilt maken hoef je het alleen maar te laten bliksmen. Daarnaast heb je ook nog het locoroco huis dat je kan inrichten en een minigame. Kortom, ieder level staat voor veel speelplezier.

Locoroco is een heel erg origineel en grappig spel. Het is verslavend en kan je flink bezig houden. Alhoewel het vaak hetzelfde is, weet het je best wel lang te boeien. Creativiteit genoeg in dit spel, daar ontbreekt het absoluut niet aan. Het spel is niet te moeilijk, en iedereen kan het spelen. Je moet alleen als je echt iets wilt bereiken, meer moeite doen, en daar zit dan soms het nadeel bij dat je net dat ene ding niet kan vinden. Maar het hoeft niet perfect in deze game. Mijn moeder speelt deze game ook en zij is al blij als ze het level kan halen. Ik wil alle geheime dingen in het level vinden. Iedereen kan hier plezier mee beleven.

Spelen als:
- Je niet van drukke games houdt
- Je niet zo fanatiek bent maar toch het wel leuk vindt om af en toe een game te spelen.


Niet spelen als:
- Je een stel zingende locorocos mateloos irritant vind.
- Je graag een heel ingewikkeld en druk spel wilt spelen.

woensdag 14 maart 2007

Be a reporter

Be a ReporterRegelmatig roep ik dat we onze leerlingen bewust moeten maken van de macht èn de onmacht van de media. Jongeren zijn grootverbruikers van (multi-)media, maar elke keer weer valt me op hoe weinig ze weten wat ze gebruiken en hoe ze het moeten gebruiken. De gevolgen?? Werkstukken die gebaseerd zijn op gekleurde of onjuiste informatie, slechte bronvermeldingen, informatie die ongewenst prijsgegeven is, een niet bij het doel passende keuze en gebruik van communicatiemiddelen en argeloosheid met betrekking tot door de media uitgedragen ideologieën.

Ik vind daarom dat er daarom in het onderwijs veel meer aandacht besteed moet worden aan de media. Een goed gebruik van de media verruimt namelijk je mogelijkheden: je kunt gebruik maken van een enorme hoeveelheid informatie, je kunt de waarde van die informatie inschatten, je kunt zelf informatie aanbieden en zo je jezelf en je talenten op de goede manier profileren via de media en je hebt een enorm scala aan communicatiemogelijkheden.

Journalisten zijn mensen die beroepshalve veel met media te maken hebben. Een spel waarbij je in de huid kruipt van een journalist kan je daarom inzicht leveren in hoe media tot stand komen. Er zijn verschillende games waarin dit gegeven uitgewerkt wordt. Science.net (en Journalism.net is een variant daarvan) is een spel waarin leerlingen een aantal weken zelf een krant uitgeven. Ze werken samen met ècht journalisten en leren zo het vak (en de mogelijkheden van media) van binnenuit.

Maar voor een dergelijk omvangrijk project is op scholen natuurlijk niet altijd tijd. Een game dat een goede start kan bieden voor lessen over media, en dat in een kwartiertje gespeeld kan worden, is Be a Reporter. In dit spel krijg je van de hoofdredacteur de opdracht om een artikel te schrijven. Je krijgt informatie over een voedselschandaal: kinderen van een school zijn ziek geworden, waarschijnlijk ten gevolgen van het eten van giftige kaas. Je moet achterhalen of de informatie juist is of niet en of er meer informatie is. Op basis van wat je hoort en leest bepaal je vervolgens welk artikel je schrijft.

Natuurlijk komen in dit spel niet alle aspecten van het reporterschap aan de orde. De belangrijkste boodschap is dat het belangrijk is om je informatie na te trekken. En dat betekent dat je meer bronnen moet raadplegen, en dat je de goede vragen moet stellen. Voor iemand die gewend is om met informatie om te gaan, is dat geen nieuws, maar neem van mij aan dat leerlingen daar vaak heel anders over denken. Het spelen van deze game kan daarom een goede eerste stap zijn op de weg naar media-educatie en informatievaardigheden!

N.B. Het spel is gratis, maar je moet je wel tevoren registreren.

dinsdag 13 maart 2007

Nog meer tools: Alice

Vorige week besprak ik in dit weblog de mogelijkheden van Scratch; vandaag is het programma Alice aan de beurt. Alice is ontwikkeld door Carnegie Mellon University, een universiteit die behoorlijk actief is op het gebied van videogames, met name de School of Computer Science. Het programma Alice is door Stage3, een onderdeel van deze club, gemaakt, en dat is te merken. Het is een hoogwaardig programma, met ongelooflijk veel mogelijkheden.

Alice is een programma waarmee je in 3d kunt programmeren. Net als Game Maker en Scratch gaat het bij Alice om object-georiënteerd programmeren. Aan elk object worden een aantal instructies toegekend. In het programma zelf is een uitgebreide tutorial te vinden. Daarnaast staan op de site een tweetal filmpjes die een inleiding geven op het programma. Bij het programma krijg je een grote en zeer gevarieerde bibliotheek met objects en werelden (o.a. met de thema's Japan, Middeleeuwen, het oude Egypte, high school en muziekinstrument), waarmee je direct aan de slag kunt.

Het scherm van Alice is in 4 stukken verdeeld: links boven zie je de objecten die je in de wereld hebt geplaatst, linksonder kun je per object bekijken wat de eigenschappen daarvan zijn (en die eventueel aanpassen), welke instructies (methods) je kunt hangen aan die objecten, en welke functies (bijv. object is groter/kleiner dan, object komt op positie x,y, enz). Rechtsonder in het scherm verschijnt welke methods je per object hebt geselecteerd, en rechtsboven kun je zien wat de resultaten zijn van je programmeerwerk.

De basis van het programma is eenvoudig: je kiest een wereld waarin je allerlei objecten kunt plaatsen. Je kunt de objecten eenvoudig slepen naar de plaats waar je ze wilt hebben. Elk object heeft een groot aantal 'methods', variërend van veranderen in grootte, tot bewegen op allerlei manieren, praten enz. Je kunt ook een aantal opdrachten tegelijkertijd laten uitvoeren, of alleen als aan bepaalde voorwaarden voldaan wordt. Daarvoor koppel je aan de geselecteerde methods de opdrachten:
  • do in order
  • do together
  • if/else
  • loop
  • while
  • for all in order
  • for all together
Zoals gezegd: de basis van Alice is makkelijk onder de knie te krijgen, vooral omdat je het resultaat van iedere nieuwe opdracht direct in het scherm rechtsboven kunt bekijken door op de knop 'play' te drukken. Maar omdat het programma veel meer mogelijkheden heeft dan bijv. het gisteren besproken Scratch, kost het veel meer tijd om het programma in zijn finesses in de vingers te krijgen. Scratch lijkt me daarom uitstekend geschikt voor leerlingen vanaf een jaar of 12, dus een goede opvolger voor het programma Scratch.

Een voordeel van dit programma boven Scratch vind ik dat je het resultaat kunt exporteren naar een html-file, zodat je het in je browser kunt bekijken. Het lijkt me leuk om de producten van een hele klas zo via het web aan te bieden! Door de grote (gratis bijgeleverde, en ook online te bekijken) bibliotheek biedt het ook massa's mogelijkheden voor het maken van educatieve games of animaties. Zijn er in Nederland al mensen die met Alice hebben gewerkt in de klas?

maandag 12 maart 2007

Spelletjes van het Industrion

spelletjes IndustrionVoor het maken van de post van gisteren (over de dvd-rom) nam ik een kijkje op de site van het Industrion. En (nieuwsgierigheid wordt beloond): daar vond ik tot mijn blijde verrassing een aantal spellen! Natuurlijk heb ik ze gespeeld, en in deze post mijn bevindingen.

Er zijn 4 spelletjes te vinden op de site van het Industrion:
  1. Mijnbouwspel
  2. Bouw een stoommachine
  3. Flessen bottelen
  4. Waterzuivering.
Het Mijnbouwspel vond ik het leukste. Hier moet je je je mijnwagen vullen en naar de lift brengen. Je moet er wel voor zorgen dat de wissels de goede kant uit liggen en dat je mijnwagen niet ontspoort omdat de rails stuk zijn. Helaas lukte het mij niet om het tweede level te spelen: daar liep het spel namelijk vast.
Bouw een stoommachine is een puzzeltje. Je moet de verschillende onderdelen van de stoommachine op de juiste manier in elkaar zetten. Bij de makkelijke variant krijg je de contouren van de machine te zien, bij de moeilijke versie moet je alles zonder hulp in elkaar zetten. Daarbij helpt het wel dat je bij de onderdelen een kleine beschrijving krijgt wat ze doen, maar nog makkelijker is het om te oefenen met de makkelijke variant, en daarna de moeilijke te doen!
Flessen bottelen had voor mij veel te veel uitleg. Je moet er achtereenvolgens voor zorgen dat flessen schoongemaakt en geëtiketteerd worden, dan naar de vulmachine gaan, en vervolgens met de goede vloeistof gevuld worden, voorzien worden van een dop en ten slotte ingepakt worden. Wel leuk van dit spel is dat je het met zij tweeën kunt spelen.
Het laatste spel, Waterzuivering, vond ik een goede combinatie van educatie en entertainment. Het is een variant op de rioolspelletjes die op allerlei spelletjes-verzamelsites te vinden zijn. Bij zowel de entertainmentvariant als deze educatieve variant gaat het erom dat je op tijd de riolering aanlegt zodat het afvalwater weg kan. Wat de versie van het Industrion educatief maakt, is dat je ervoor moet zorgen dat filter, bezinkbak, turbine en opslagbak op de goede plaats in de leidingen gezet moeten worden. Bij elk van die onderdelen krijg je (heel kort) in een pop-up schermpje te zien wat ze precies doen in het hele proces. Ongemerkt kreeg ik op die manier toch een idee wat er bij waterzuivering komt kijken. Goed spel dus!

vrijdag 9 maart 2007

Gamen is niet leuk; leren wel!

frustratie in games; foto overgenomen van weblog Briam's familyHet is al weer een tijdje geleden dat ik zitting had in het forum bij een bijeenkomst over gaming, georganiseerd door Keying into the Brain. Voor die sessie werd mij gevraagd een stelling te poneren, waarover we met de zaal in discussie konden gaan. Ik kwam toen met de stelling die boven deze post staat: 'Gamen is niet leuk; leren wel'. Die stelling was gebaseerd op mijn waarnemingen van fanatieke gamers. Ik zag bij hen vaak ongelooflijk veel verbetenheid, fanatisme en frustratie, en maar zelden blijheid. Wel zag ik voldoening als er resultaten werden geboekt, maar het gamen zelf leek me maar zelden tot vreugde te leiden. Mijn vermoeden was daarom dat het bij gamers niet om het spel gaat, maar juist om de knikkers! Oftewel: niet het spelen zelf is leuk, maar vooral het halen van het resultaat. En het resultaat van een game is volgens mij vooral dat je iets leert: je hebt bijvoorbeeld geleerd om snel en handig met de joystick te werken, je bent te weten gekomen welke strategie je moet toepassen om tot het volgende level te komen, of je hebt alle raadsels in het spel kunnen oplossen.

In het forum en op de tribune kreeg ik maar weinig medestanders. Toch ben ik niet van mening veranderd: ik denk nog steeds dat het plezier van gamen vooral zit in het meester worden van het spel, en niet in het spelen zelf. En als dat waar is, dan is het natuurlijk interessant om te weten waarom leerlingen soms wel gemotiveerd zijn om in een spel wat te leren, en niet in het klaslokaal. Zouden we in ons onderwijs elementen kunnen inbouwen waardoor de lessen meer gaan lijken op games? Ik heb daarover in dit blog al eens over gefilosofeerd, maar zou er heel graag eens onderzoek naar willen doen!

Tot mijn grote verrassing las ik laatst op Spotlight, een weblog van de MacArthur Foundation, dat onderzoek wijst in dezelfde richting als mijn stelling van destijds. Daar staat een artikel van David Shaffer: 'This just in—games are not fun'. Hij verwijst naar een onderzoek van Richard Ryan, C. Scott Rigby en Andrew Przybylski: The Motivational Pull of Video Games: A Self-Determination Theory Approach. De conclusie die Ryan en de zijnen trekken is dat het 'plezier' in gaming vooral voortkomt uit gevoelens van 'autonomy, competence, and relatedness'. Iets ruimer dus dan mijn stelling dat het gaat om leren, maar dat leren zit er wel degelijk in verwerkt. Ik hoop dat Ryan (of iemand anders) nu een stapje verder gaat, en gaat uitzoeken welke elementen in games die gevoelens van autonomie, bekwaamheid en verbondenheid veroorzaken. Als we dat weten, dan kunnen we die elementen misschien ook inbouwen in onze lessen, en dan zijn we weer een stapje verder in hoe we onze leerlingen kunnen motiveren!

donderdag 8 maart 2007

Buzz, the big Quiz

Het is net lente geworden, alleen de regen valt nog met bakken uit de hemel. De meeste mensen hebben dan niet zo veel zin om naar uiten te gaan en aangezien er binnen ook niet veel te doen valt, gaan ze zich vervelen. Een oplossing voor dit vervelen is meestal met een stel vrienden iets gaan doen. En zo kom je bij een partygame uit, en dan in dit geval Buzz.

Buzz; the big Quiz is een spel waarbij je met 2 tot 8 mensen een quiz speelt door middel van de bijgeleverde buzzers. Je kiest een personage, een zoemergeluid en voert je naam in en je kan beginnen. De quiz deelt zich in een aantal ronden, waarbij je de zoemer nodig hebt om punten te behalen. In sommige ronden kan je zelfs punten stelen van andere mensen. Doel is om uiteindelijk als hoogste uit te komen. Ook is er een singleplayer om vragen te oefenen.

Buzz ziet er op het eerste gezicht heel erg mooi uit; het is weliswaar een ouder spel dus HD kwaliteit mag je niet verwachten, maar het ziet er gewoon mooi uit. Qua inhoud vind ik Buzz wat minder sterk. Vragen zijn vaak zo lastig dat mijn (bijna) alwetende moeder ook aan het gokken is. En dit haalt een deel van het speelplezier weg. Ook is het vervelend dat er tussen iedere ronde filmpjes zitten die je niet kan doorspoelen. Bovendien is de balans niet in het spel, omdat je in de laatste ronde 500 punten per vraag kan verdienen, dus als je 3 vragen goed hebt, heb je al even veel als je in de rest van het spel hebt.

Spelen als:
- Je een gezellig spel voor met meerdere mensen wilt
- Je alwetend bent (dat wint makkelijk)
- Je verslaafd bent aan het kijken van quizzen


Niet spelen als:
- Je meer een "solo" gamer bent
- Je reactievermogen niet best is
- Je liever een controller dan een buzzer in de hand hebt

woensdag 7 maart 2007

Tools om games te bouwen: Scratch

In mijn voortdurende zoektocht naar software om games te bouwen, kwam ik weer twee voor mij onbekende tools tegen: Alice en Scratch. Over Alice zal ik morgen meer vertellen, vandaag lees je hier mijn bevindingen met Scratch.

Het programma Scratch is ontwikkeld door het MIT (Massachussets Institute of Technology). Het kan gratis gedownload worden. Volgens de site is het programma bedoeld om er interactieve verhalen, games, muziek en kunst mee te maken. Het programma is bedoeld voor kinderen van een jaar of 10 tot 12, maar ik denk dat het ook voor iets oudere kinderen (onderbouw voortgezet onderwijs) ook nog interessant is. Bij de software is vrij veel documentatie: o.a. een filmpje voor een eerste introductie van het programma (dat ook gedownload kan worden), een kindvriendelijke handleiding in pdf-formaat, een wat meer uitgebreide verklaring van alle begrippen en opdrachten die in het programma gebruikt worden en tips voor het gebruik van Scratch in de les.

Scratch vind ik uitermate gebruiksvriendelijk: ik kon er zonder een handleiding te lezen direct mee aan de slag. De vormgeving is vrolijk en overzichtelijk. Het scherm bestaat uit 4 delen:
  1. een overzicht van de mogelijke commando's,
  2. een overzicht van de gekozen commando's,
  3. een scherm waarin je direct kunt zien wat het resultaat is van de gekozen commando's,
  4. een overzicht van de sprites (objecten) die gebruikt worden en de opdrachten die je bij elke sprite hebt gekozen.
Ik ben erg enthousiast over het programma, omdat het een heel goede introductie is op zelf (object-georiënteerd) programmeren. Je kunt een aantal opdrachten aan elkaar koppelen (bijv. het object gaat 10 stappen naar voren, het draait 90 graden, het object gaat naar een bepaalde x- en y-coördinaat, er klinkt een muziekje ter ondersteuning enz.) en daarna koppel je er een voorwaarde aan (bijv. deze reeks opdrachten start zodra op het object wordt geklikt en/of het herhaalt totdat een bepaalde toets wordt ingedrukt of een bepaalde waarde wordt bereikt enz.). Je leert dus if-then-else commando's, je leert wat variabelen zijn, wat een x- en een y-as zijn enz.

Toch heb ik het niet ervaren als een 'technisch' programma: omdat het programma menu-gestuurd is hoef je niet eerst allerlei commando's hoeft te leren (en je krijgt ook geen syntaxis-fouten: mijn eigen zwakke punt ;-) ). Omdat er een redelijk uitgebreide bibliotheek van sprites en geluiden bij zit, kun je ook zonder tekentalent ermee aan de slag.

Als je Scratch downloadt krijg je ook een aantal voorbeelden van 'projecten' die door anderen gemaakt zijn. Ik kan je aanraden om die te bekijken omdat het een goed beeld geeft wat er mogelijk is met deze software. Ik vond vooral de interactieve verhalen, en de projecten onder de noemer 'Speak up' (waarin een pleidooi wordt gehouden voor of tegen iets) erg aansprekend. Voor de iets jongere kinderen vond ik de geanimeerde namen prachtig.

Het enige minpuntje dat ik aan het programma kan ontdekken is dat het niet mogelijk is om de gemaakte projecten op te slaan als een exe-bestand. Als je je werk dus wilt laten zien aan anderen, dan moet die andere persoon ook het programma Scratch op de computer hebben staan. Maar omdat Scratch gratis te downloaden is, lijkt me dat probleem overkomelijk. Mijn conclusie is dan ook dit Scratch een pracht programma is om de eerste stappen te zetten op het pad van programmeren, om zelf interactieve animaties te maken of om leerlingen zelf (educatieve) content te laten maken!

dinsdag 6 maart 2007

Games with a mission

Rits je inSteeds vaker kom ik games tegen die vanuit een bepaalde overtuiging een boodschap willen overbrengen aan de spelers. Het is niet nodig om te zeggen dat ik dat een goede ontwikkeling vind! Zo was ik afgelopen vrijdag bij de onthulling van het concept van een inburgeringsgame. Dit spel wordt gemaakt door een team van 6 man, onder leiding van Ricardo Makosi. Doel van dit spel, met de fraaie titel 'Rits je in' is om het beladen begrip 'inburgering' een positieve lading te geven. Met de humor in het spel en de vormgeving en de swingende soundtrack van deze game lijkt me dat een haalbaar doel. In het spel kies je eerst welk character je wilt zijn: een Marokkaanse gastarbeider, Surinaamse tante of bijvoorbeeld een Nederlandse boer. In elk level krijg je een aantal vragen. Beantwoord je die goed, dan mag je door naar een volgend level en krijg je uiteindelijk een paspoort. Maar geef je onvoldoende goede vragen, dan moet je terug naar je land van herkomst. Al spelend leer je een heleboel over inburgering (en dus over Nederland); de informatie in de game is namelijk gebaseerd het inburgeringstraject zoals dat is ontwikkeld door de overheid.

In Groningen is gisteren de game 'De Koning van Groning' gelanceerd. Die game heeft tot doel jongeren te leren over de organisatie van een provincie wat de taken en bevoegdheden zijn van de Provinciale Staten, en natuurlijk met name in de provincie Groningen. Dit spel is gemaakt voor de provincie, en dat is dan ook de plek waar het spel zich afspeelt. In het spel De Koning van Groning rijd je op je scootertje door de provincie Groningen. Tijdens de rit kom je allerlei vragen tegen die je moet beantwoorden. Elke keuze kost een aantal geldzakken. Soms zie je de gevolgen van je beslissing meteen op je scherm, maar vaak ook pas (veel) later. En soms moet je je haasten om zelf je keuze waar te maken of de gevolgen van de door jou gemaakte keuze te herstellen in een minigame.

Beide games kunnen heel goed gebruikt worden voor de lessen maatschappijleer. En om in de stemming te komen voor de Provinciale Statenverkiezingen is De Koning van Groning natuurlijk een aanrader!

maandag 5 maart 2007

WRTS-lijsten vinden met Alltheweb

WRTS-lijsten gevonden met AllthewebVorig jaar in december maakte ik melding van het programma WRTS. Met dit programma kun je op een leuke manier woordjes overhoren. Je kunt het als docent gebruiken om de kennis van de leerlingen te toetsen, maar ook leerlingen kunnen er gebruik van maken om zichzelf te gebruiken. Een tijdje geleden werd mij (door een lerares Engels) gevraagd of ik wist waar er ingevulde lijsten te vinden waren voor WRTS. Want het is een leuk programma, maar de meeste mensen vinden het minder leuk om de te leren stof in te voeren. Het is natuurlijk veel makkelijker als je gebruik kunt maken van lijsten die door anderen al ingevoerd zijn.

Zo'n vraag is een kolfje naar mijn hand: ik vind het altijd leuk om rond te snuffelen op het web. De eerste lijsten waren snel gevonden: Op de site van de vakcommunity Engels staat een kleine collectie van WRTS-lijsten. Op WRTS vind je ook nog een lijst met themawoorden.

Via Google vond ik nog een paar andere lijsten: gezocht en o.a. gevonden:
http://www.mistervisser.wrts.nl/,
http://engelsguidobavo.wrts.nl/,
http://stmcordewener.wrts.nl/,
http://tgulpen.wrts.nl/,
http://slhwenders.wrts.nl/,
http://plmahoubiers.wrts.nl/.

Maar ik was ervan overtuigd dat er veel meer te vinden moest zijn op internet. Je kunt namelijk heel eenvoudig lijsten via de WRTS-site publiceren op internet. Je kiest dan een naam voor je lijst, en upload je lijst naar de server van WRTS. De site komt dan te staan op een internetadres waarin eerst de naam van je lijst staat, gvolgd door '.wrts.nl'.

Het leek mij dat je die URL's zou moeten kunnen vinden door middel van het commando 'site:wrts.nl'. Daarmee geef je de zoekmachine de opdracht om de zoektocht te beperken tot sites die eindigen op wrts.nl. Zoeken met Google leverde tot mijn verrassing weinig op. Daarmee kreeg ik alleen resultaten waarin wrts vooraan in de domeinnaam stond, en geen sites waarin het achteraan in het internetadres staat. Gelukkig zijn er meer zoekmachines dan alleen Google, dus ik probeerde hetzelfde commando in mijn 'second best'-zoekmachine: Alltheweb. En jawel hoor: deze keer was het wel raak. Ik kreeg maar liefst 527 treffers. Een deel hiervan waren pagina's met wrts vooraan in de domeinnaam, maar ik kreeg ook een heleboel pagina's met wrts achteraan. Pagina's dus van gebruikers die hun lijsten hadden geupload en ter beschikking stelden van anderen.

Mocht je dus op zoek zijn naar door anderen gemaakte WRTS-lijsten, dan kun je hier je hart ophalen. Je kunt de lijsten van anderen kopiëren naar je eigen WRTS-pagina door te klikken op de link 'overnemen' die staat naast de namen van de lijsten. Wel een waarschuwing daarbij: realiseer je wel dat er geen garantie zit op de ingevoerde woorden. Er zullen vast lijsten tussen zitten waar foutjes in zitten. Controleer dus de woorden voordat je ermee aan de slag gaat.

N.B. Je kunt ook lijsten uit Teach2000 'kopiëren' naar WRTS. Een redelijke uitgebreide lijst van Teach2000 vind je op de site van Teach.