In mijn vorige huis woonde ik in totaal met vier personen, waarvan ik twee amper zag. Je leeft dus eigenlijk samen met één persoon. Nu woon ik in een studentenhuis met een totaal van 11 inwoners. Dat is toch een opmerkelijke verandering.
In mijn oude huis heb ik nooit echt als in een studentenhuis geleefd. Ik woonde met zn tweeën, en je bent dan erg op elkaar gefocust. Iedere dag om precies 5 uur stond er eten klaar, en iedere dag ruimde ik samen alles op. Nu probeer ik enigszins een eetsysteem op te zetten, wat mij amper lukt doordat veel studenten hun eigen plan trekken, en van het opruimen van de gezamenlijke ruimtes is een gigantische organisatie.Het is een beetje een uitdaging om alles zo te ordenen als in mijn oude huis.
Maar wat me nog het meeste opvalt is dat het huis meer leeft. Ik liet vroeger altijd standaard mijn deur open voor iedereen. Zo had ik het redelijk rustig, want er waren maar twee mensen die mogelijk een praatje wilden maken. Als ik nu mijn deur open laat staan, wandelt iedereen zo binnen om een praatje te maken. Dit vind ik erg gezellig, maar af en toe ben je met iets bezig en dan wil je niet dat er mensen binnen komen. Dan moet je de deur dicht doen. Dit heeft als gevolg dat in het hele huis men de deur vaak dicht heeft, wat voor mij erg wennen is.
Elf zielen, elf aparte levens, ieder zijn eigen gewoontes. Je huisgenoten kan je niet kiezen, maar je kunt wel zorgen dat je het onderling een beetje gezellig gaat, door proberen af en toe samen te eten, of door zelf af en toe te gaan buurten. Mocht dit niet lukken, dan zijn er nog genoeg andere mensen over. Ik mag absoluut niet klagen, maar ik kan het ook niet laten om te zeggen dat het daarnaast erg wennen is om met zo veel personen in een huis te leven. Voorlopig deurtje open, maar af en toe toch deurtje dicht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten