woensdag 16 december 2009

Leren met je mobieltje

De mobieltjes die we hebben, hebben steeds meer functies en er zijn steeds meer programma's die je op je mobieltje kunt zetten. Maar wat zijn de educatieve mogelijkheden van die apparaatjes? Om die vraag te kunnen beantwoorden breng ik eerst in kaart wat je in het algemeen met een mobieltje kan doen.
  1. De belangrijkste functie van een mobieltje is nog altijd communicatie: je kunt ermee bellen, sms'en, twitteren, foto's en video's versturen.
  2. Daarnaast bieden mobieltjes toegang tot internet. De groep jongeren die daartoe toegang heeft, wordt steeds groter. Van de jongeren tussen 12 en 15 jaar maakt 31 % gebruik van mobiel internet; van de jongeren tussen 15 en 25 geldt dat voor 49 %. gebruik van mobiel internet.
  3. Met een mobieltje kan je in beeld (foto, video) en geluid (mp3) vastleggen wat je ziet, doet en hoort.
  4. In steeds meer mobieltjes zit GPS en kompas ingebouwd. Daarmee kan je uitgezette routes volgen, waarbij je onderweg bestanden kunt bekijken waarin informatie over de omgeving te vinden is of opdrachten die je moet uitvoeren. Dat kan gaan om tekst, foto's of video die tevoren op je mobieltje is opgeslagen of om informatie die wordt opgehaald via internet.
Uitgaande van deze functies van mobieltjes kom ik op de volgende educatieve mogelijkheden:
  1. Communicatie:
    • in het klaslokaal: leerlingen/studenten kunnen stemmen op stellingen of de docent kan kennis toetsen door vragen te stellen die de leerlingen via hun mobiel (Twitter of SMS) beantwoorden. Met behulp van applicaties als SMS2vote en Poll Everywhere kunnen de uitkomsten van de stemming of van een vragensessie direct mooi grafisch weergegeven worden. Ook kunnen leerlingen met hun telefoon een klein onderzoekje doen, bijvoorbeeld door hun vrienden via SMS één of meer vragen voor te leggen.
    • buiten het klaslokaal: als leerlingen onderzoek doen buiten het klaslokaal kunnen ze contact leggen met school of met andere groepen leerlingen met behulp van hun mobiele telefoon. Zo kunnen verschillende groepen samenwerken aan één opdracht waarbij elke groep een deel van het onderzoek uitvoert. Denk daarbij bijv. aan onderzoek naar cultuur en kunst in verschillende wijken, veldonderzoek gecombineerd met onderzoek op internet, enz.
  2. Internet: mobiel internet biedt leerlingen de mogelijkheid om onderweg informatie op te zoeken, hun kennis te toetsen (bijv. met WRTS-mobiel). Als ze onderweg zijn naar school of naar huis of als ze, in opdracht van school, veldonderzoek doen, een museum verkennen of de architectuur in de stad in kaart brengen.
  3. Foto en video:
    • Bij onderzoek in het veld is het handig als je beelden kunt vastleggen: een plant die je niet kunt thuisbrengen, een inscriptie in een vreemde taal die je niet begrijpt, of een lied dat je hoort en waarvan je later de tekst nog eens wilt doorgronden. Met een foto- en videocamera leg je alles vast waardoor je het later nog eens kunt bekijken.
    • Handig is het ook om je eigen acties vast te laten leggen, bijv. tijdens een stage, een telefoongesprek dat je voert of een interview dat je afneemt. Wat je hebt gedaan kan je op school nog eens bekijken en voorleggen aan je medeleerlingen en/of je docent.
    • Je kunt (met een iPhone) video streamen en aanbieden waardoor mensen die niet bij de les kunnen zijn deze toch kunnen volgen.
    • Ook interessant is de mogelijkheid om mensen van buiten de school te betrekken bij een discussie die op school wordt gevoerd met behulp van een backchannel van bijv. Slandr, Jaiku of Tweetgrid. Met een backchannel kunnen mensen via Twitter of SMS reacties sturen op een live gestreamde presentatie of les. Deze berichten worden tijdens de presentatie getoond op een groot scherm waardoor de spreker of aanwezigen in de zaal hierop kunnen reageren.
  4. GPS en kompas: van GPS (en kompas) wordt gebruik gemaakt bij het maken van puzzel- en speurtochten zoals Frequentie 1550 en Codex Kit. Het maken van dit soort tochten is eenvoudiger dan je denkt. Leerlingen kunnen hier redelijk zelfstandig mee aan de slag, bijv. met het (gratis te downloaden) programma Mscape, al dan niet begeleid door Kunstgebouw, of met het Games Atelier dat Waag Society ontwikkelde. Maar er is ook kant-en-klare software waarvoor je niets hoeft te ontwikkelen. Met het programma Layar kan je een aantal bronnen doorzoeken op informatie die past bij de GPS-locatie (in combinatie met de kompasgegevens) waar je je bevindt. Zo kan je informatie ophalen uit wikipedia over de stad waar je bent, over waar in de buurt WiFi-spots zijn van Eduroam, of over moderne architectuur.
In dit overzicht heb ik bewust de ultra-mobiele laptops buiten beschouwing gelaten. Ik denk namelijk dat die geen extra mogelijkheden toevoegen aan dit overzicht omdat ze over het algemeen ongeveer dezelfde mogelijkheden hebben als mobiele telefoons. Maar er zijn veel meer mobiele apparaten die ik hier niet besproken heb: e-readers, mp-3 en mp4-spelers, gameconsoles: er zijn steeds meer apparaten die je onderweg kunt gebruiken. Ik vind zelf de mobiele telefoon het meest interessant omdat die zoveel verschillende functionaliteiten biedt. Ik realiseer me dat ik daarmee geen compleet overzicht biedt van mobiel leren maar alleen van leren met een mobiele telefoon.

Als iemand aanvullingen heeft op dit overzicht hou ik me aanbevolen!

Afbeelding van The Lightworks, gepubliceerd onder CC-by.

Geen opmerkingen: