vrijdag 19 december 2008

Nogmaals natuurkunde met games

Klik hier om naar het spel Trebuchet Challenge te gaanWie natuurkunde geeft en van spelletjes houdt die heeft mazzel. Op dat gebied is er enorm veel beschikbaar. Dat heeft ermee te maken dat een aantal natuurkundewetten al ingebouwd zitten in de meeste gamebouwsoftware. Denk daarbij aan zaken als de zwaartekrachtwet, botsingen, wrijving enz. Daarnaast is natuurkunde (en met name mechanica) een vak dat vaak goed te visualiseren is. Je ziet, ook zonder hulpmiddelen zoals een microscoop of een digitale vertrotende camera, dat iets valt, botst en terugkaatst of niet, dat iets makkelijker glijdt op het ene oppervlak dan het andere enz.

Al eerder heb ik software besproken waarbij leerlingen hun eigen natuurkundespel maken (woensdag 3 en maandag 15 december), deze keer vond ik een paar spellen die ze kunnen spelen.

In deze lasergame, geschikt voor optica, moet je met behulp van spiegels een lichtstraal zo buigen dat hij een bepaald punt bereikt. Wie wat meer wil weten over hefbomen kan het spel Levers spelen. Het deed mij door de vormgeving erg denken aan het maken van een mobile zoals je die wel in kinderkamers ziet: zo'n ding met allemaal frutsels eraan die precies met elkaar in evenwicht zijn. Iets minder lieflijk in vormgeving is het spel Trebuchet Challenge waarbij je een blijde (een soort katapult) bedient. Om een kogel over een bepaalde afstand weg te gooien stel je in de massa van de kogel en van het contragewicht en de hoogte van het contragewicht. In dit spel gaat het natuurlijk over potentiële en kinetische energie.

Dit soort spelletjes zijn leuk voor op het digibord of de beamer. Leerlingen mogen dan zelf proberen om het beste resultaat te halen waarna je kunt bespreken welke natuurkundige wetten daaraan ten grondslag liggen. Je hebt een goede kans dat je dat niet meer zelf hoeft uit te leggen omdat de leerlingen dat zelf al hebben uitgevonden.

Dit was alweer het laatste blogje van dit jaar. Natuurlijk hoort daarbij nog een spelletje (goed voor het milieu) en een filmpje (over hoe vuurwerk gemaakt wordt) om dit blogjaar af te sluiten. Prettige kerstdagen en wees voorzichtig met vuurwerk! Tot na de vakantie ;-)

donderdag 18 december 2008

Guitar hero world tour; Rock on!

Door: Martijn van den Berg
Ondanks de waarschijnlijk komende recessie schijnt kerst en sinterklaas toch een periode van uitgaven voor veel mensen te zijn. Ik zie heel veel nieuwe consoles overal terecht komen. Onder andere heeft een vriend van mij een xbox 360 gekregen met een complete instrumentenset en game van guitar hero world tour. (Sint is gul dit jaar) Wat ik nu zie, en dat vond ik wel grappig, is dat de hele familie samen achter het spel gaat zitten en dat ze samen een band hebben. En dat vond ik best wel apart. Ik had het spel natuurlijk al veel eerder. Toch maar eens tijd voor een review.

Guitar Hero World Tour (GHWT) is het vervolg op guitar hero III. Nieuw is hier dat je de basgitaar, de zang en drums er bij hebt. Nu is dit in Rock Band al lang uitgevonden, maar de nieuwe Guitar Hero gitaar heeft een sliderbar, waarmee je de solos met je vinger langs de knoppen kan gaan om zo een solo neer te zetten. Ook is er een compleet nieuw drumstel ontwikkeld die door betere sensoren en een basedrumpedaal dat niet breekt beter is dan zijn voorganger.

Gitaar en bas spelen is top. Alhoewel ik de muziekkeuze erg saai vind, vind ik het wel lekker dat je in GHWT iets meer tijd krijgt om de noten te spelen. Het toevoegen van strepen in de notenbalk maakt de bas uniek ten opzichte van de gitaar De drums voelen wel lekker aan, alleen de deuntjes in de liedjes zijn niet altijd even leuk om te spelen. Mijn favoriete instrument, de zang, is helaas heel slecht uitgevoerd. Je ziet niet hoe veel je nog moet om het goed te doen en een 100% is bijna onmogelijk omdat iedere noot die je zingt, je dan perfect moet uitvoeren en zelfs voor de ervaren zanger is dit onmogelijk.

Het spel ziet er leuk uit en is voor het grootste deel heel aardig te spelen. Maar vergeleken met zijn voorganger is het niet waar ik op gehoopt had. De muziek is niet geweldig en op sommige punten speelt het gewoon niet lekker. Maar als kerstcadeautje is het wel hardstikke leuk. Ik kan me indenken dat minder fanatieke mensen hier uren lol mee kunnen hebben.

woensdag 17 december 2008

Oud en nieuw

Afbeelding: vuurwerkHet is alweer bijna kerstvakantie. In alle scholen staan bomen, beladen met al dan niet door leerlingen zelf geknutselde versieringen. Ook worden er weer verhalen voorgelezen en liedjes gezongen, variërend van heel modern tot verhalen en liedjes van langer geleden. Het is duidelijk: het kerstfeest heeft onze aandacht ;-)

Waar je weinig over hoort is dat er ook weer een nieuw jaar aankomt. Jaren kwam ik zelf ook niet verder dan dan oliebollen eten, het eeuwenoude gedicht 'Uren, dagen, maanden, jaren' (van Rijnvis Feith) en de nog oudere tweespraak van Thomasvaer en Pieternel, die volgde op de klucht 'Kloris en Roosje' en waarvan door velen eigen versies zijn gemaakt (o.a. door drs. P.). Gelukkig zijn er nu veel leukere teksten, gedichtjes en spelletjes die gebruikt kunnen worden in het kader van lessen over oud- en nieuwjaar. Een lijstje met wat ideeën voor een les in het kader van de oud- en nieuwviering.

Wie wat wil vertellen over oud- en nieuwjaar in andere culturen kan terecht op de site Beleven. Verhalen, spelletjes en knutsels zijn te vinden op de Speelzolder of op de site van Leerkracht, voor groep 1/2, voor groep 3/4, groep 5/6 en groep 7/8. Met de Per-dag-wijzer 'Tijd en Kalenders' op de Kennisnet-site kun je met de leerlingen praten over tijd en hoe die gemeten wordt. Nieuwjaarsgedichten en nieuwjaarsgedichtjes vind je hier, hier en hier. Ze kunnen dienen als inspiratie om zelf een rap te maken met de rapmachine.

Genoeg materiaal, lijkt me, om voor de kerstvakantie nog een paar leuke en interessante lessen te maken voor school, of misschien wel om thuis met je eigen kinderen aan de slag te gaan ;-)

dinsdag 16 december 2008

Leven met een beperking

Klik hier om naar de spelletjes te gaanHet is moeilijk om je voor te stellen hoe je leven eruit zou zien als je niet of minder kunt zien of horen of als je een geestelijke beperking hebt. Wat kun je nu wel en wat niet en hoe kun je zo goed mogelijk omgaan met die beperking?

Om een beeld daarvan te krijgen zijn er nu speciale minigames, gemaakt door Ubisoft. Er is een spel waarbij je in het verkeer je weg moet zoeken op basis van de geluiden die je hoort, een spel waarbij je een rolstoel moet besturen en een spel waarbij je je goed moet concentreren om voorwerpen te vangen. En dat valt niet mee als dingen ineens er anders uitzien dan jij als speler verwacht! De spellen zijn leuk om even te spelen (de speeltijd is ongeveer een kwartiertje) en zijn een prima uitgangspunt voor een gesprek over anders zijn. Naar aanleiding daarvan kun je met de kinderen wat 'experimenten' doen, bijv. ze met een blinddoek over het schoolplein laten lopen (natuurlijk wel begeleid door een andere leerling) of een keer een rolstoel lenen van een organisatie en kinderen in groepjes (en onder begeleiding) daarmee de straat op sturen. Ze zullen vast merken dat als je in een rolstoel zit vaak niet jijzelf maar je begeleider wordt aangesproken. Je kunt natuurlijk ook contact leggen met een school voor speciaal onderwijs en leerlingen met elkaar laten uitwisselen over hun leven.

De spellen zijn te vinden op de kinderwebsite van de organisatie Handicap-International. Je vindt daar ook nog een spelquiz over liplezen en een over braille. Er is ook een speciale pagina voor docenten met informatie over wat Handicap-Internationaal doet en een brochure met tips hoe je aan deze problematiek aandacht kunt besteden. In deze brochure vind je o.a. een aantal 'fysieke' spelletjes die je kunt doen om leerlingen te laten ervaren hoe het leven is als je een beperking hebt.

Het niveau van de spelletjes en de tips in de brochure zijn bestemd voor leerlingen uit de bovenbouw van het basisonderwijs en de onderbouw van het voortgezet onderwijs.

maandag 15 december 2008

Newtoon

Klik hier om naar de site van Newtoon te gaanAfgelopen woensdag besprak ik hier de software Phun waarmee je zoveel leuke dingen kunt maken. Veel simpeler, en daarom wel bruikbaar als opstapje naar Phun, is de software Newtoon. Met Newtoon maak je kleine spelsimulaties met behulp van een bal en een veer. Het is de bedoeling dat je één van de objecten bestuurt met de pijltjestoetsen, er is (ten minste) één hindernis en er is een object dat het doel vormt dat je wilt bereiken.

Bij de bal kun je instellen hoe groot die is, welke elektische lading die heeft (positief of negatief, en hoe sterk die lading is), en of de bal los is of vastzit op de plek waar hij wordt geplaatst. Als je een veer gebruikt moet je van elke veer aangeven hoe lang die is, en wat de elasticiteit ervan is. Ballen en veren worden geplaatst in een omgeving waarvan je moet bepalen hoe groot de zwaartekracht is, en wat de wrijving met de ondergrond is. Om te kunnen zien wat er gebeurt kun je de simulatie met pijlen aan laten geven bij elk object hoe groot de snelheid is en wat de versnelling.

Het makkelijke van Newtoon t.o.v. Phun is dat je het binnen 3 minuten doorhebt en dat je heel snel een aantal dingen kunt laten zien, bijv. op het digibord of met een beamer. Wil je niet zelf iets maken dan kun je ook kijken in de bibliotheek of er iets is om je verhaal te illustreren. Maar veel leuker is het natuurlijk om leerlingen (in kleine groepjes) zelf iets te laten maken om te laten zien dat ze snappen waar het over gaat. De spelletjes die zo gemaakt worden kunnen samengevoegd worden met de Newtoon Gamestack in een 'stack' en vervolgens ge-upload worden naar de site of een mobieltje. Gaaf, je eigen telefoonspel maken!

vrijdag 12 december 2008

Muziekspelletjes

Klik hier om naar de muziekspellen van Abasoft te gaanSpellen als Guitar Hero en Rock Band zijn behoorlijk populair onder jongeren. Ik heb natuurlijk geen onderzoek gedaan naar wat ze daarin precies aanspreekt maar ik denk dat daarin 2 elementen een rol spelen: ze vinden het leuk om met muziek bezig te zijn en ze houden ervan om samen met anderen iets te doen. Nu kun je dat natuurlijk ook doen door echt muziek te gaan spelen in een bandje maar dat vraagt veel oefening voordat je enig resultaat boekt. Het leuke van Guitar Hero en Rockband is dat je het wel ziet als je fouten maakt, maar niet hoort. Je kunt daardoor ervaren en niet-ervaren spelers met elkaar mengen en op elk niveau blijft het prettig klinken. Da's heel wat anders dan in je eentje uren oefenen op je nieuwe maar toch weerbarstige elektrische gitaar!

Het spelen van dit soort grote spellen is op scholen soms lastig te realiseren, bijvoorbeeld omdat de spellen niet als netwerkversie beschikbaar zijn en het lastig en duur is om de software locaal op een groot aantal p.c.'s te installeren. Gelukkig zijn er héél veel gratis webbased muziekspelletjes te vinden. Je kunt eerst daarmee experimenteren en afhankelijk van de resultaten besluiten of je voor school toch wilt gaan voor het grotere werk of dat het hierbij blijft.

Een grote verzameling van dit soort spellen is te vinden op deze website. Je kunt er drums bespelen, piano of gitaar en je kunt er ook hele composities maken. Muziek maken is niet alleen goed voor de ontwikkeling van het muzikale gevoel: het doet ook een beroep op je creativiteit en het is van belang bij lezen. Ook als je leert om blind te typen is ritmegevoel van belang maar dat komt niet op alle scholen aan de orde.

Maar je kunt aan dit soort spelletjes ook allerlei andere opdrachten vastknopen. Je kunt een schoolwedstrijd organiseren (een variant op idols, maar dan leuker ;-) ), je kunt naar aanleiding van deze spelletjes ingaan op toonhoogte, trillingen en frequentie, op ritme en gedichten, op kritisch omgaan met de media (wat vind jij van Idols en alle varianten die daarvan gemaakt zijn en waarom vinden wij dat zo leuk? Hoe maken ze van een idol een echte popster), zelf een filmpje maken van een idol (of een persiflage daarop), een poster maken voor een fantasie-band, een lied maken en er zelf muziek bij schrijven enz. Mogelijkheden genoeg!

donderdag 11 december 2008

Standaardirritaties op school

Door: Martijn van den Berg

Ik zit nu bijna 6 jaar op de middelbare school, en ik blog nu al iets meer dan 2 jaar. De eerste paar jaren nam ik het onderwijs gewoon voor wat het was. Alles wat naar me toe kwam accepteerde ik gewoon. Maar de laatste paar jaren beginnen me steeds meer dingen te irriteren waar ik af en toe gewoon echt boos om word. Bij mij op school bestaat goed onderwijs en slecht onderwijs volledig door elkaar. Mijn top-5 van irritaties.

5. Docenten die over familie en thuis gaan praten

Een docent hoort, tenzij relevant voor thuis, niet klassikaal privéverhalen te vertellen, tenzij relevant voor de les. Even iets tussendoor zeggen is niet erg, en houdt de aandacht van mensen bij de les, maar ik heb voorbeelden meegemaakt waar een docent een half uur non-stop over familie en vakantie aan het praten was en als ik dan met iemand in de klas ging praten, werd mij gezegd dat ik mijn mond moest houden.

4. Docenten die te laat komen

Ik vind dat op het moment dat er leerlingen aankomen bij het lokaal, de docent al aanwezig moet zijn. Ik zie te vaak op school dat er docenten 10 minuten te laat komen. Dat er af en toe leerlingen te laat komen kan gebeuren, er zijn tenslotte meer leerlingen dan docenten dus de kans is ook groter dat een leerling te laat komt. Maar voor een docent is les geven gewoon zijn werk en dus komt hij te laat op zijn werk. Dit kan bij geen enkele baan.

3. Docenten die vinden dat hun leerlingen bepaalde voorkennis moeten hebben

Niet iedere leerling interesseert hetzelfde. Je kan dan ook niet veronderstellen dat alle leerlingen iets weten. In een klas van 30 leerlingen zijn er altijd wel leerlingen die iets niet weten, hoe bekend dan ook. Het is dan ook uitermate irritant als een leraar gaat zeggen dat we dom zijn omdat we bepaalde dingen niet van tevoren weten of veronderstelt dat we alles van 2 jaar geleden nog weten.

2. Mensen hun vragen zelf laten uitzoeken

Ik vind dat een docent te alle tijden een vraag van een leerling moet beantwoorden, hoe dom deze ook is. Vragen tonen het initiatief van een leerling om ergens achter te komen. Ik vind het dan ook niet kunnen als ik ergens met een vraag kom en als er dan tegen mij wordt gezegd dat ik deze zelf maar moet gaan opzoeken.

1. Aan de klas vragen wat er gedaan moet worden

Dit is echt mijn nummer één irritatie. Leraren die totaal niet weten hoe ze mensen dingen moeten leren, een planning maken, en vervolgens aan de leerlingen gaan vragen wat ze moeten gaan doen. Een docent hoort verstand te hebben van onderwijs. Een leerling heeft dit over het algemeen niet en je kan een leerling niet zichzelf les laten geven.

woensdag 10 december 2008

Netvibes

Klik hier om naar de Netvibespagina van Maarten Sprenger te gaanDeze keer geen blogje van mezelf maar van Maarten Sprenger. Maarten Sprenger is werkzaam in het basisonderwijs als leerkracht, maakt 8-12.info en geeft Dramatori-les: verhalen-spelen. Hij stuurde mij onderstaand artikeltje met de vraag of ik het leuk vond om dat op mijn blog te zetten. En dat vond ik want de Netvibespagina van Maarten is erg de moeite waard om eens te bekijken!

Door: Maarten Sprenger

Met slechts drie woorden maakt Netvibes zijn ambities duidelijk: 'Re-mix the web'. Dat kan letterlijk, via allerhande widgets om rss-feeds, sites of onderdelen van sites, eigen geschreven teksten of programma's, foto-koppelingen, filmpjes en nog veel meer waardevolle en handige zaken in eigen pagina's naast elkaar te plaatsen. Zo maakt Netvibes het werkelijk mogelijk het web direct en visueel te remixen naar eigen smaak en behoefte. Zonder tussenkomst van bookmarks.

Ik gebruik Netvibes nu ongeveer een jaar als achtergrondsite met toelichting, extra's en een mini-blog, en als proeftuin voor 8-12.info. Netvibes is door zijn variabiliteit weliswaar minder overzichtelijk dan de andere 'social bookmarker' die ik waardeer: Symbaloo. Maar wel erg stabiel en vooral bijzonder goed personaliseren.

Elke Netvibes-account start met een privé-domein van waaruit je een openbare pagina kunt laten ontstaan. Bijzonder bruikbaar is dat tabs (subpagina's) en modules (pagina-onderdelen) van andere desktops kunnen worden geïntegreerd in een eigen persoonlijke desktop. Ook onderling tabs en modules uitwisselen is mogelijk.

Hieronder een greep uit de tabs in mijn opzet bij www.netvibes.com/8-12. Elke sub-pagina heeft trouwens een eigen webadres, heel handig voor verwijzingen.

1. welkom. Mijn 'ontvangstpagina' met een blog dat ik sinds kort gebruik voor mededelingen (reacties welkom) en verwijzingen naar andere activiteiten.

3. handig zoeken.
Op deze 8-12 netvibes-pagina is een proef te vinden met 'handig zoeken'-onderwerpen van 8-12.info. Eerste thema's: 'Algemeen' en 'Dieren'. 'Algemeen' zoekt via Google in o.a. SchoolTV, Kennisnet, Jeugdbieb en Wikikids. 'Dieren' maakt gebruik van natuursites voor kinderen. Eind november heb ik 'Proefjes & Techniek', 'Heelal en Ruimtevaart' en 'Geschiedenis' toegevoegd. In de loop van dit jaar komen er steeds een paar onderwerpen bij. Suggesties en feedback over het gebruik graag aan vind@8-12.info. Bij voorbaat dank.

5. tuin in de stad
Een proef met mijn vijfjarig foto-project om alle planten en een aantal dieren uit mijn tuin in alle stadia en in alle seizoenen vast te leggen.

In tegenstelling tot 8-12.info, dat uitdrukkelijk direct voor kinderen is, zijn mijn Netvibes-pagina's ook gevuld met zaken die alleen voor leerkrachten interessant zullen zijn, zoals bijvoorbeeld buitenlandse sites. Ook enkele sites, neem de Kijk, die ik vanwege de hoeveelheid reclame niet via 8-12 wil verspreiden, of de grappige Schotse filmpjes over het periodiek systeem, kunnen hier bekeken worden. En ik bied informatie over mijn Dramatori en verhalen. Op 8-12 staat geen link naar Netvibes, omgekeerd uiteraard wel.

Netvibes is net als Symbaloo gratis te gebruiken. Ik denk overigens dat Netvibes ook direct voor kinderen mogelijkheden biedt. Er is geen push-stroom van volwassen content die dat in de weg zou staan.


N.B. er is ook een Symbaloo volksverhalen-desktop. Dit is een nieuwe interface voor de rijk gesorteerde 'Volksverhalen Almanak' uit Arnhem (meer dan 1700 verhalen). Deze desktop is zeker ook handig in deze decembertijd. Actuele versie met Kerstverhalen en 'Oud en Nieuw'.

Maarten, bedankt voor je tips!

dinsdag 9 december 2008

Wedstrijdje voor docenten

Klik hier om naar de lustrum-site van Bizzkidz te gaanBizzkidz, de managementcompetitie voor het VO en MBO, bestaat 15 jaar. Een goede reden voor de organisator om dit jaar een nieuwe wedstrijd te organiseren. Deze keer niet voor leerlingen, maar voor docenten: de Bizzkidz docentencompetitie. Deelname aan deze wedstrijd is helemaal gratis. Er mogen 150 docenten aan meedoen. In deze online managementgame nemen teams van docenten beslissingen voor hun fictieve onderneming, net als bij de leerlingencompetitie.

Ik wil iedere (economie-/handel-/M&O- enz.)docent deelname aan de wedstrijd aanraden: om te beginnen is het natuurlijk leuk om mee te doen met een wedstrijdje en helemaal als je dat kunt doen met de hele sectie. Ik denk dat het een leuke manier is om te ervaren hoe een spel in het onderwijs ingezet kan worden. Ik ben er bovendien van overtuigd dat leerlingen het leuk zullen vinden als hun docent meedoet met de competitie, en ze zullen graag met hun docent meedenken over de strategie die gevolgd moet worden. Als je school wint dan is dat een opsteker voor jezelf maar ook voor je leerlingen èn voor de school.

Wees er snel bij: de wedstrijd gaat in januari van start en duurt tot maart. De finale wordt eind april gevierd bij Hogeschool INHolland Diemen, gelijktijdig met de finaledag van Bizzkidz. Wie erin slaagt om dan samen met zijn leerlingen op het erepodium te staan krijgt een eervolle vermelding in mijn weblog ;-)

maandag 8 december 2008

De netwerkstudent

Plaatje van de docent van een netwerkstudentToen ik onderstaand filmpje zag, vroeg ik me af of het leren op scholen er straks ook zo uit zal zien. Gaan onze studenten straks leren zonder boeken, maar met behulp van sociale netwerken, wiki's en weblogs? Ik doe dat zelf wel: heel veel van wat ik leer, haal ik van het web. Van collega-webloggers, van websites en - in mindere mate - uit podcasts. Ik deel mijn favoriete game-websites, en leg contacten via internet.

Het bevalt me uitstekend om zo te leren: ik leer wat ik wil op het moment dat ik het wil en van wie ik wil. Zo leren stelt wel bepaalde eisen aan je eigen vaardigheden: je moet in staat zijn om je leervraag te formuleren, informatie te vinden en te beoordelen, een verhaal kunnen formuleren, een netwerk op te bouwen en kritisch te reflecteren. Dat vraagt - zeker in het begin - behoorlijk wat begeleiding en dat is in dit filmpje de taak van de docent.

Wat ik mis in dit verhaal zijn de f2f-contacten: die vind ik zelf, naast alle virtuele contacten, toch erg waardevol. Het helpt mij om te zien hoe mensen reageren op wat ik zeg en om ze in hun ogen te kunnen zien als ze zelf vertellen. Ook lees ik, zij het minder dan voorheen, nog wel boeken. Ik vind het prettig om een theoretische basis te hebben van waaruit ik informatie kan beoordelen en kan plaatsen in een breder kader. En een netwerk opbouwen rondom mijn vakgebied kwam pas echt van de grond toen ikzelf enige kennis had vergaard op dit gebied omdat ik pas toen inzicht kreeg in wat het precies was wat ik wilde weten, ik gerichte(re) vragen kon stellen en de kennis van anderen een plek kon geven in wat ik al wist.

De uitspraak over het delen van kennis die in het filmpje wordt gedaan (people usually love to share their knowledge and expertise, especially with students'), trek ik enigszins in twijfel. Ik vind het heerlijk om kennis te delen en probeer ook altijd op vragen en reacties van anderen in te gaan maar ik heb niet altijd tijd om in te gaan op allerlei vragen van individuele studenten, vaak ook omdat die erg algemeen zijn (bijv.: 'wat vindt u van het gebruik van games in het onderwijs?').

Wat mij betreft mag de toekomst dus ergens in het midden uitkomen: niet alleen via (inter-)netwerken leren, maar ook in klassen en werkgroepen en met een boek zo af en toe. Maar ik vind het wel een interessant beeld dat in dit filmpje wordt neergezet en zeker de moeite waard om over na te denken hoe je (delen van) dit verhaal in je eigen onderwijs zou kunnen vormgeven.


vrijdag 5 december 2008

Wiki-wijs?

Klik hier om naar de NOS-berichtgeving over het plan van minister Plasterk te gaanDe afgelopen week vertelde minister Plasterk dat hij een project wil starten waarin docenten hun eigen lesmateriaal maken: Wikiwijs. De bedoeling is dat dat gebeurt in wikivorm, vergelijkbaar met het Wikiversity-project.

Ik ben erg blij met de bedoeling die achter het project zit: de scholen stimuleren om gezamenlijk leermaterialen te ontwikkelen. Maar met de koppeling met een wiki ben ik niet blij: volgens mij is dat gereedschap niet geschikt daarvoor. De redenen?
  • een wiki biedt weinig mogelijkheden tot interactie en is daarmee op zijn best een multimediaal boek,
  • een wiki levert dus ook geen SCORM-output en kan dus alleen als informatiebron in een ELO gehangen worden,
  • Een wiki is erop gericht om één eindproduct op te leveren. Een wiki is daarom voor het beschrijven van de kennis die leerlingen zich eigen moeten maken een goed middel; dat moet immers éénduidig zijn. Maar in het onderwijs wordt die kennis verpakt in didactiek: afhankelijk van de leerling, van het niveau waarop hij functioneert, van zijn leervoorkeur, van de onderwijsvisie van de school gaat de leerling aan de slag met de kennis die hij zich eigen moet maken. Elke school kiest daarom zelf welke lesmethode gehanteerd wordt en zelfs daarin worden door docenten vaak stukken aangepast of toegevoegd. Een wiki biedt daarvoor niet de mogelijkheid: in een wiki is het streven er immers op gericht om één eindproduct op te leveren,
  • Wie kijkt op Wikiversity zal zien dat de kwaliteit daarvan verschilt van pagina tot pagina, dat sommige onderwerpen ver zijn uitgediept en andere onderbelicht blijven en dat er lang niet overal een logische indeling is in categorieën. Ook vind je er soms 'vreemde' pagina's zoals deze, die eruit ziet alsof het privé-cursus is van een docent. Door het ontbreken van een logische structuur is het moeilijk om lessen te vinden die aansluiten bij jouw onderwijs. Daarmee wordt het lastig om voort te bouwen op de leermaterialen van anderen wat juist een voordeel kan zijn van digitale leermaterialen.
Ik denk dat er in het beste geval uiteindelijk weinig verschil zal zijn tussen Wikiwijs en Wikipedia: beiden zullen goede informatiebronnen zijn die gebruikt kunnen worden ter ondersteuning van het onderwijs. Maar voor het ontwikkelen van leermaterialen zou ik liever andere tools gebruiken. Er zijn in Nederland al een aantal initiatieven waarin scholen gezamenlijk leermaterialen ontwikkelen en met elkaar (en soms het hele onderwijsveld) delen. Daarin wordt commerciële tools zoals Lectora maar ook met Open Source pakketten zoals eXe. Volgens mij hebben die pakketten veel betere mogelijkheden voor het creëren van een pakket met leermiddelen dan een wiki. Ik denk dat Plasterk zich niet echt verdiept heeft in de ins en outs van wiki's. Wiki-dom??

Foto van Leighblackall

donderdag 4 december 2008

Civilization Revolution; van holbewoner naar astronaut

Door: Martijn van den Berg

Ongeveer anderhalf jaar geleden kreeg ik twee spellen in handen, de een was settlers V en de andere Civilization IV. Deze heb ik beide een aardig positieve review gegeven, maar persoonlijk ben ik niet zo'n pc gamer. Ik vond vooral het concept van Civilization erg mooi. Toen ik zag dat de nieuwe versie van Civilisation op de xbox kwam, heb ik snel een demo gedownload op xbox live. Ik was meteen onder de indruk, alhoewel het wel een tijdje duurde voordat ik het spel uiteindelijk gekocht heb.

Het concept van Civilization is nog steeds hetzelfde. Je begint als een kleine beschaving en moet door middel van technologie, cultuur, geld of gewoon bruut geweld overwinnen in het eind. Uiteraard is het ook nog steeds turn-based. Het spel is echter wel wat aangepast aan de xbox, omdat mensen geen zin hebben om 10 uur achter elkaar achter de xbox te zitten, is de gemiddelde speltijd verkort door een snellere tijdlijn en omdat mensen geen zin hebben om met een controller een muisje te pielen, werkt alles met één druk op een knop. Dit maakt het veel sneller en overzichtelijker.

Er is ook nog een speciale reden waarom ik dit spel review. Ook dit deel heeft een hoge educatieve waarde. ALle beschavingen hebben een speciale vaardigheid die ook echt speciaal is voor deze beschaaving. Het meest educatieve is nog wel de vele historische en toekomstige scenario's die worden nagespeeld. Onder andere de blitzkrieg en Global Warming komen aan bod in dit spel, wat ik persoonlijk erg leerzaam vind.

Civilization is een mooi spel. Ik zou het niet uren achter elkaar spelen, maar het is geweldig om af en toe even tussendoor een spelletje te spelen, en dit maakt het spel zo geweldig. In totaal kan je hier uren mee bezig zijn en iedere keer dat je het speelt is weer anders. Iedere beschaving is weer een aparte beleving, dus met de vele beschavingen ben je wel een tijdje zoet. Zeker een aanrader dus!

woensdag 3 december 2008

Phun; natuurkunde mag niet zonder!

Ga naar de website van PhunEr zijn nog niet zo heel veel bruikbare spellen die leerstofvervangend ingezet kunnen worden in het Nederlandse basis- of voortgezet onderwijs. Gelukkig komt er steeds meer op de markt. In het buitenland verschijnen wel veel spellen maar die worden maar zelden vertaald. En dat is soms toch een barrière: niet iedere leerling beheerst immers Engels, de taal waarin de meeste educatieve spellen geschreven zijn. Maar gelukkig gaat dat niet op voor het spel Phun, waar ik al eens eerder over schreef.

Ik zag dat die software inmiddels al weer verder ontwikkeld is: op dit moment kan versie 4.22 gedownload worden. En - nog leuker - er is een Nederlandse vertaling gemaakt van de software waardoor dit spel nu zonder problemen ook gebruikt kan worden door Nederlandstalige scholen!

Phun kun je gebruiken voor bijna alles waar het gaat om krachten: zwaartekracht, luchtweerstand en wrijving, botsingen, torsiekrachten, veren enz. Je kunt met Phun allerlei toepassingen tekenen waarin van krachten gebruik gemaakt wordt, vanaf een achtbaan tot en met een waterpomp en van een blender om een aardbeienmilkshake te maken tot een crossmotor die je zelf kunt besturen met de pijltjestoetsen en een Crazy-Machine-achtige bouwsels.

Het leuke van Phun is dat terwijl de simulatie die je hebt gemaakt loopt allerlei gegevens worden bijgehouden: krachten, snelheid en hoeksnelheid, massa enz. Je kunt dus aan je simulatie van alles berekenen en zo de snelste achtbaan bouwen of de mooiste knikkerbaan.

Op de wiki van Phun zijn een bouwsels van Phun-liefhebbers te vinden. Op YouTube is een groep gemaakt voor Phun. Daarin staan op dit moment maar liefst 1340 video's van Phun-bouwsels. Ruim genoeg dus om zelf ideeën op te doen om leerlingen aan het werk te zetten of om leerlingen te inspireren hun eigen bouwwerk te bedenken. In de volgende les worden de bouwsels bekeken en er worden er een paar uitgepikt die de leerlingen moeten optimaliseren voor de volgende les, bijv. een achtbaan die start vanaf een bepaalde hoogte en die zonder verder hulp tenminste 1 looping moet maken of een knikkerbaan waarbij de knikker precies de volgende hindernis bereikt. Degene die het beste resultaat bereikt krijgt bij de volgende repetitie een bonuspunt!

N.B. Phun is verkrijgbaar in een Windowsversie èn een Macversie. Ook voor Linuxgebruikers is er een versie van Phun.

dinsdag 2 december 2008

Digitaal schoolbord: verandert het je onderwijs?

Klik hier om naar de scriptie van David te gaanIk heb geen idee meer hoe ik er terecht kwam, maar ik kan hem iedereen aanbevelen: de afstudeerscriptie van David Stranders, oudstudent van de PABO van de Christelijke Hogeschool Ede. David heeft onderzoek gedaan naar de invloed van het digibord op leren en lesgeven. Hij begint zijn scriptie met een korte beschrijving van een aantal leertheorieën (behaviorisme, cognitivisme, constructivisme) en een aantal leerstijlen.
Na een korte beschrijving van de mogelijkheden van het digitale schoolbord beschrijft David welke fases van gebruik van het digibord onderscheiden kunnen worden:
  • substitutiefase;
  • fase van de lerende gebruiker;
  • fase van de ingewijde gebruiker;
  • fase van de gevorderde gebruiker;
  • fase van de samenwerkende gebruiker.
In de subsititutiefase wordt het digitale schoolbord goeddeels op dezelfde wijze gebruikt als het krijtbord. In de fase van de samenwerkende gebruiker wordt het digibord gebruikt als demonstratiemedium, informatiebron, presentatiemedium en als katalysator van conceptuele interactie (de verbale interactie tussen leerkracht-leerling en leerling-leerling). Het bord wordt door leerkrachten en leerlingen gebruikt om gezamenlijk kennis en betekenis te construeren. De docent is hierbij vooral facilitator en coach van het leerproces.

In het voorlaatste hoofdstuk beschrijft David de mogelijke positieve effecten van het gebruik van het digibord in het onderwijs. Hij noemt de volgende zaken:
  • verhoogde motivatie;
  • verhoogde conceptuele interactie;
  • verbeterde structurering van het leerproces;
  • directe feedback;
  • meer gebruik van multimedia;
  • meer mogelijkheden om op verschillende leerstijlen in te spelen.
Om al die effecten te bereiken moet de docent natuurlijk wel het digibord op de juiste manier inzetten en daarvoor moet hij niet alleen beschikken over de nodige computervaardigheden en inzicht in de mogelijkheden van de computer en internet; hij moet ook de nodige didactische ervaring hebben. Maar ook de minder ervaren docent kan met een digibord het leerproces van de leerling verbeteren, zo blijkt uit de scriptie.

Het aardige van de scriptie van David vind ik dat het inzicht geeft in je eigen gebruik van het digibord en hoe je je eigen didactische repertoire verder kunt uitbreiden daarmee. Door meer gebruik te maken van multimedia, door het digibord te gebruiken om bij een vervolgles in herinnering te brengen aan wat eerder gedaan is, door de leerling - stapsgewijs - te betrekken bij het werken met het digibord, door het digibord te gebruiken om de doorgaande lijn van een aantal lessen zichtbaar te maken enz. Het zijn vaak geen ingewikkelde zaken maar om het allemaal zelf te ontdekken vraagt veel tijd. Met de scriptie van David kun je gericht de mogelijkheden gaan verkennen om uiteindelijk zelf je keuzes te maken hoe jij het bord wilt inzetten.

Afbeelding van Popofatticus.

maandag 1 december 2008

Spelletjes maken

Klik hier om naar de site What2Learn te gaanWhat2Learn is een site waar je makkelijk spelletjes kunt maken voor je leerlingen en waar je ook spelletjes vindt die je leerlingen kunnen spelen. Je kunt een paar spelletjes uitproberen maar handiger is het om een account aan te vragen. Met dat account kun je je eigen spellen maken en je krijgt een eigen portfolio waarin de vorderingen die je maakt met de spellen die gemaakt zijn door What2Learn worden bijgehouden. What2Learn heeft spelletjes voor de UK (keystage 3 en 4) en voor de VS (grade 6-8 en 9-12).

Wie spelletjes wil maken krijgt daarvoor 9 formats ter beschikking. Bij 8 daarvan kun je een vraag stellen waarop leerlingen dan een antwoord moeten geven. Bijvoorbeeld: wat is de hoofdstad van Italië, in welk jaar werd Obama gekozen tot president van de VS, hoeveel centimeter is 2,57 kilometer? Het laatste format is een variant op 'Galgje' (oftewel: 'Hangman'). Daarbij raden de leerlingen letter voor letter een woord.

Overzicht van de verschillende formats om spellen te makenHet zijn heel simpele formatjes, maar ze zijn wel leuk vormgegeven. En doordat er een tijdfactor in zit zijn ze best verslavend. Je kunt de spellen maken en opslaan, mits je een gratis account hebt aangevraagd. Je kunt linken naar opgeslagen spellen of ze embedden in een eigen website.

In eerste instantie leek het me allemaal wel erg eenvoudig en ik was bang dat de spellen na verloop van tijd zouden gaan vervelen. Maar toen ik ging kijken wat What2Learn er zelf mee had gedaan viel me dat erg mee. What2Learn heeft namelijk op een aantal vakgebieden een serie spellen gemaakt. Heel leuk vind ik dat ze de spelers op verschillende manieren belonen als ze veel en goed spelen. Als je een spel speelt krijg je te horen of je hebt gewonnen of niet en of je daarvoor een prijs krijgt. Als je score hoog genoeg is krijg je in je portfolio een smiley achter dat spel. En je verdient punten waarmee je je avatar kunt pimpen: kleding, een brilletje, een hoedje enz. Natuurlijk zijn veel van de spellen niet bruikbaar voor Nederlandse leerlingen omdat ze Engelstalig zijn, maar dat geldt in veel mindere mate voor de wiskunde/rekenspelletjes.

Ook dit is weer een site om in gedachten te houden als je materiaal maakt voor het digibord. Wedden dat alle leerlingen wel een beurt willen hebben als ze zo sommetjes mogen maken?